In de zomer van 2019 is een nieuw pensioenakkoord bereikt. Dit pensioenakkoord dient gefinancierd te worden. Eén van de manieren waarop het pensioenakkoord gefinancierd wordt, is door het aanpassen van de voorwaarden van het LIV en het aanpassen en uiteindelijk opheffen van het jeugd-LIV via de Wet tegemoetkomingen loondomein (Wtl).
Lage-inkomensvoordeel (LIV)
Het lage-inkomensvoordeel is op 1 januari 2017 ingegaan. Het betreft een tegemoetkoming voor werkgevers die werknemers in dienst hebben met een laag loon. Door het LIV dalen de loonkosten voor de werkgever. Hierdoor is de verwachting dat er meer werknemers aangenomen worden.
Voor werknemers die minimaal 1.248 uur verloond worden in een kalenderjaar, tussen de 10,05 euro en 12,58 euro per uur verdienen en aan de overige voorwaarden voldoen, ontvangen werkgevers het LIV. Het LIV bedraagt per werknemer per verloond uur 1,01 euro met een maximale LIV per werknemer per jaar van 2.000 euro.
Jeugd-LIV
Het jeugd-LIV is op 1 januari 2018 ingegaan. Het betreft een tegemoetkoming voor werkgevers die werknemers van 18 tot en met 21 jaar in dienst hebben met een laag loon.
Het Jeugd-LIV per werknemer per verloond uur begint bij 0,13 euro (18 jaar) en loopt op tot 0,91 euro (21 jaar). Het maximale jeugd-LIV per werknemer per jaar bedraagt 270,40 euro (18 jaar) en loopt op tot 1.892,80 euro (21 jaar).
Veranderingen LIV en Jeugd-LIV vanaf 2020
LIV
Per 2020 wordt het LIV generiek vastgesteld op 0,51 euro per verloond uur met een maximale LIV per werknemer per jaar van 1.000 euro. De overige voorwaarden veranderen niet.
Jeugd-LIV
Per 2020 wordt het gedifferentieerde bedrag aan jeugd-LIV gehalveerd. De overige voorwaarden veranderen niet. In 2024 wordt het jeugd-LIV afgeschaft.